B1EG21K1 - 307 MOTOR EW10J4

UITBOUWEN - INBOUWEN NOKKENAS

1 - SPECIAAL GEREEDSCHAP

[1] Blokkeerpennen voor de nokkenasnaven (-).0189-A .

[2] Montagestempel voor nokkenaskeerring (-).0189-D1/D2 .

[3] Blokkeergereedschap voor distributietandwiel (-).0153-AJ .

2 - UITBOUWEN

Verwijder :

• de distributieriem
• de sierkap

Verwijder :

• de pennen van de nokkenassen [1]
• het bobineblok (3)
• de sensor (4)
• de kleppendeksels (5) - (6) ( draai de bouten in spiraalvolgorde geleidelijk los, te beginnen aan de buitenzijde)

Breng het gereedschap [3] tussen de nokkenastandwielen (1) - (2) aan .

Draai de bevestigingsbouten van de nokkenasnaven los .

Verwijder de tandwielen (1) - (2) .

Verwijder het distributiedeksel (7) .

Draai de bouten van het nokkenascarter geleidelijk en in spiraalvolgorde zover los dat het enkele milimeters van zijn pasvlak loskomt en begin hiermee aan de buitenzijde .

Verwijder de nokkenascarters .

Verwijder de nokkenassen :

• kantel elke nokkenas door op het uiteinde (koppelingszijde) te drukken zodat het centreerlager loskomt (distributiezijde)

Als de stoters worden verwijderd :

• markeer de plaats van de stoters voordat ze worden verwijderd
• gebruik een zuignap zoals die op het uiteinde van een gereedschap voor het slijpen van kleppen

Verwijder de olie van de draadgaten voor de bevestigingsbouten van de nokkenascarters .

3 - INBOUWEN

Smeer de stoterhuizen met olie in .

Breng de stoters op hun oorspronkelijke plaats aan .

Controleer of de stoters vrij in de cilinderkop kunnen draaien .

Smeer de nokkenaslagers in met olie .

Controleer of de centreerbussen (8) aanwezig zijn .

Breng de nokkenas voorzien van de impulsrand voor de sensor (4) aan uitlaatzijde aan .

Breng de 2e nokkenas aan .

breng een strook vloeibare pakking E10 aan bij (A) op de omtrek van de pakkingvlakken en in de draadgaten voor de bevestigingsbouten .

Breng het nokkenascarter met de boring (4) voor de sensor aan uitlaatzijde aan .

Breng het 2e nokkenascarter aan .

Breng de bevestigingsbouten aan en zet ze in de aangegeven volgorde geleidelijk aan vast (1 tot 10) .

Aantrekkoppel (voorspannen): 0.5 daN.m .

Aantrekkoppel: 1 daN.m .

Breng het distributiedeksel (7) aan .

Controleer voordat de nokkenaskeerring wordt aangebracht of het aanligvlak vrij is van vloeibare pakking .

Monteer de nieuwe keerringen met behulp van gereedschap [2] .

Identificatie Nokkenastandwielen :

• B = inlaat
• C = uitlaat

Breng het gereedschap [3] tussen de nokkenastandwielen aan .

Zet de bevestigingsbouten van de naven vast met 7.5 danm .

Breng de kleppendeksels voorzien van nieuwe pakkingen aan en neem de aangegeven volgorde in acht .

Draai bout voor bout in de aangegeven volgorde aan : 1 daN.m .

Ga verder met de montage in omgekeerde volgorde van uitbouwen .

monteer de distributieriem .