B3FD3NK1 - 307

CONTROLE VACUÜMCIRCUIT

1 - SPECIAAL GEREEDSCHAP

[1] Gereedschapskistje DIAL 2000 :

• [1a] elektronische eenheid DIAL 2000 (merkteken 1A)
• [1b] voedingsdraad DIAL 2000 (merkteken 1B)

[2] Gereedschapskistje DEBI 2000 :

• [2a] hoeveelheid-/drukmeter (merkteken 2A)
• [2b] aansluiting met 2 kleppen (merkteken 2N)

2 - UITBOUWEN

Verwijder :

• de afdekking van de accu
• de accu
• de accubak

3 - AANSLUITEN

Maak de bekrachtigingsslang (1) van de anti-retourklep (2) los .

Breng aan :

• de aansluiting 2 met [2b] kleppen tussen de anti-retourklep (2) en de uitgang van de bekrachtigingsleiding (1)
• gereedschap [2a]
• de gereedschappen [1a] - [1b]

4 - VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN

Controleer :

• de staat van de leidingen en aansluitingen
• bevestiging van de klemmen

LET OP : druk, om het rembekrachtigingscircuit te scheiden de slangen van de verbonden componenten dicht (elektrokleppen) .

Opmerking : De aangegeven waarden zijn de relatieve drukken .

De controle moet worden uitgevoerd bij een warme motor .

Zet de motor af .

Controleer of de 2 kleppen van de aansluiting [2b] geopend zijn .

Druk het rempedaal een tiental keer in om atmosferische druk in de rembekrachtiger op te wekken .

Kies het menu : Rembekrachtiging op het gereedschap [1a] ; Bevestigen (Zie gebruiksaanwijzing) .

5 - CONTROLE VAN DE REMBEKRACHTIGER OP LEKKAGE

Bij stationair draaien : Wacht tot de druk zich stabiliseert .

Tegelijkertijd :

• sluit de klep (A)
• zet de tijdsbasis van het gereedschap [1a] op nul

VOORSCHRIFT : druk het rempedaal niet in .

Zet de motor af .

Controlewaarde :

• drukvariatie : lager dan of gelijk aan 0,03 bar binnen 15 seconden

Als de waarde correct is :

• dieselmotor(en) : controleer ; de vacuümpomp
• benzinemotoren : vervang de slang (1)

Als deze waarde niet juist is :

• controleer : de aanwezigheid van de pakking (3)
• controleer : bevestiging van de hoofdremcilinder op de rembekrachtiger : aantrekkoppel: 2 daN.m
• vervang de anti-retourklep (2)

Voer de controle opnieuw uit .

Als deze waarde niet juist is :

• vervang de rembekrachtiger

6 - CONTROLE DRUK VACUÜMPOMP

Open de kleppen (A), (B) .

Druk het rempedaal een tiental keer in om atmosferische druk in de rembekrachtiger op te wekken .

Sluit de klep (A) .

Zet de tijdsbasis van het gereedschap [1a] op nul .

Start de motor ; Stationair toerental .

Open de kleppen (A) .

Controlewaarde :

• - 1 ≤druk (in bar) ≤ - 0.8 binnen 30 seconden

Als deze waarde niet juist is :

• vervang de slang (1)

Voer de controle opnieuw uit .

Als deze waarde niet juist is :

• vervang de vacuümpomp

Breng het circuit weer in de oorspronkelijke staat .

N.B. : controleer, als de controlewaarden in orde zijn, maar de wagen storingen blijft vertonen, de afdichting van de componenten die verbonden zijn met het vacuümcircuit (gebruik een handbediende pomp type NAUDER T 7050) .