E2AK11K1 - 307 MOTOR DW10TD

VOORZORGSMAATREGELEN VOOR WERKZAAMHEDEN AAN HET BRANDSTOFCIRCUIT (SIEMENS)

1 - VOORSCHRIFTEN

LET OP : het toevoegen aan de brandstof van middelen voor het reinigen of herstellen van het systeem is verboden .

2 - VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN, TIJDENS DE WERKZAAMHEDEN

2 - 1 - INLEIDING

Alle werkzaamheden aan het inspuitsysteem moeten worden uitgevoerd met inachtneming van de voorschriften en regels :

De werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door personeel dat speciaal is opgeleid in de veiligheidsvoorschriften en de te nemen voorzorgsmaatregelen .

2 - 2 - VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

Rekening houdend met de zeer hoge drukken (1500 bar) die in het systeem voorkomen, moeten de volgende aanwijzingen worden opgevolgd :

N.B. : deze wachttijd is noodzakelijk voor het terugvallen van de druk in het hogedruk brandstofcircuit tot atmosferische waarde .

Draaiende motor :

VOORSCHRIFT : maak de stekker van de verstuivers of de elektronische eenheid niet los, omdat dit ernstige schade aan de motor kan veroorzaken .

2 - 3 - WERKOMGEVING

De werkomgeving moet schoon zijn (vloer,...) en vrij toegankelijk; de onderdelen die nodig zijn voor de reparatie moeten beschermd tegen stof worden bewaard .

2 - 4 - VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN

VOORDAT MET DE WERKZAAMHEDEN AAN HET SYSTEEM WORDT BEGONNEN, MOET HET VOOR VUIL GEVOELIGE SYSTEEM WORDEN SCHOONGEMAAKT .

Onderdelen van het voor vuil gevoelige systeem :

VOORSCHRIFT : voorschrift voor schoon werken: de monteur moet schone werkkleding dragen .

VOORSCHRIFT : sluit na het losmaken van de aansluitingen in het hogedruk circuit onmiddellijk de openingen af met afdichtpluggen om te voorkomen dat vuil in het hogedruk circuit binnendringt .

VOORSCHRIFT : veiligheidsvoorschrift met betrekking tot de aantrekkoppels: houd de aantrekkoppels voor het hogedrukcircuit (leidingen, beugels verstuiverhouder) aan; gebruik een momentsleutel die regelmatig wordt gecontroleerd .

3 - VERVANGEN VAN ONDERDELEN, UIT TE VOEREN BEWERKING(EN)

LET OP : lees voordat met werkzaamheden aan de motor wordt begonnen de geheugens van de elektronische eenheid van de inspuiting uit .

3 - 1 - NIET TOEGESTANE WERKZAAMHEDEN

Verwijder de volgende onderdelen niet van de hogedruk brandstofpomp (1) :

Maak de hogedruksensor (7) niet los van de brandstofgalerij (8) .

Verdraai de moer (11) niet (Kans op defect raken) .

Maak de toevoeraansluiting hogedruk brandstof (10) niet los .

Maak de onderdelen van de verstuiverhouder niet los .

LET OP : het is VERBODEN de koolaanslag op de tip van de dieselverstuiver te verwijderen en te reinigen met dieselbrandstof of ultrasoon .

LET OP : bij alle werkzaamheden aan de hogedrukleidingen (12) moeten deze altijd worden vervangen .

3 - 2 - VERVANGEN VAN ONDERDELEN

Wanneer de elektronische eenheid van de inspuiting is vervangen moet het antistartsysteem worden ingeleerd .

Hiervoor moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan :

3 - 3 - HERPROGRAMMEREN VAN DE ELEKTRONISCHE EENHEID

Deze bewerking wordt uitgevoerd met behulp van de diagnosegereedschappen .

Het updaten van het programma van de elektronische eenheid wordt uitgevoerd d.m.v. herprogrammeren met de DIAG 2000 .

3 - 4 - VERVANGEN VAN DE ELEKTRONISCHE EENHEID VAN DE MOTOR

LET OP : het verwisselen van de elektronische eenheden tussen twee wagens heeft tot gevolg dat de wagen niet meer start .

4 - NEUTRALISEREN, VOORWAARDE VOOR RETOUR ONDER GARANTIE

4 - 1 - RETOURNEREN VAN ONDERDELEN VAN HET INSPUITSYSTEEM

Vóór het retourneren aan de Technische Dienst moeten de volgende onderdelen worden afgedicht, in een plastic zak worden opgeborgen en in de originele verpakking van de vervangingsonderdelen worden verpakt :

4 - 2 - ELEKTRONISCHE EENHEID INJECTIE/INSPUITING

LET OP : in het geval dat onderdelen onder garantie wordt geretourneerd, moet de elektronische eenheid van de inspuiting worden gedeblokkeerd .

Procedure voor het deblokkeren, Uit te voeren bewerking(en) :