B1FD06K1 - 607

CONTROLE : OLIE-AFDICHTING VAN DE MOTOREN EN VERSNELLINGSBAKKEN

Deze algemene methode heeft het doel eventuele lekkage van motoren, versnellingsbakken en differentieels op te sporen; de methode kan worden toegepast met de betreffende component ingebouwd of op de werkbank .

1 - SPECIAAL GEREEDSCHAP

[1] - [2] - [3] Gereedschapskistje voor het controleren op motorolie- en/of versnellingsbakolielekkage (-).1523 (Ond. nr. 9780.43) .

[1] Complete drukregelaar bestaande uit :

[2] Set adapteraansluitingen voor de componenten bestaande uit :

[3] Set pluggen voor het carterventilatiesysteem, voor het ontluchten van de versnellingsbakken, bestaande uit de volgende pluggen :

[4]Spuitbus met lekdetectiemiddel (Ond. nr. 9733.07) .

Controle .

LET OP : bij het toepassen van deze procedure, na een reparatie aan een component die is afgedicht met afdichtmiddel, moet worden gewacht tot het afdichtmiddel is uitgehard (minimaal 2 uur) .

2 - CONTROLE OP EEN MOTOR

Tap de motorolie af .

Dicht het carterventilatiesysteem af met de hiervoor geschikte pluggen [3] .

Aanbrengen op de plaats van de aftapplug of de oliepeilstaaf de hiervoor bestemde plug [2] .

Sluit de drukklep [1] aan op aansluiting [2] .

3 - CONTROLE OP EEN VERSNELLINGSBAK OF EEN DIFFERENTIEEL

Tap de versnellingsbak of het differentieel af .

N.B. : de controle kan alleen worden uitgevoerd met ingebouwde aandrijfassen .

Dicht de ontluchtingsopening van de versnellingsbak af met de hiervoor bestemde plug [3] .

Breng op de plaats van de aftapplug de hiervoor bestemde aansluiting [2] aan .

Sluit de drukklep [1] aan op aansluiting [2] .

4 - CONTROLEPROCEDURE

Sluit het expansieventiel m.b.v. aansluiting [A1] of [A2] op het persluchtcircuit aan ; de druk mag maximaal 0.5 bar bedragen .

Vernevel het lekdetectiemiddel [4] op de kritieke plaatsen (oliepeilstaafbuis, vulbuis, aansluitingen, pakkingvlakken, keerringen etc.) .

Let op het ontstaan van luchtbellen op deze plaatsen; deze kunnen wijzen op een olielekkage .

Onderbreek de luchttoevoer door de drukklep [1] van de aansluiting [2] los te maken .

Laat de luchtdruk in de gecontroleerde component dalen; bij een motor door de oliepeilstaaf weg te nemen of door de ontluchting los te maken bij versnellingsbakken en differentieels .

Voer de noodzakelijke reparaties uit .

Herhaal de controleprocedure .

Verwijder het gereedschap .

Vul olie bij .