C4GB08F1 - 307

INLEIDING STRUCTUUR

De reparatiemethoden voor de carrosserie moeten nauwgezet door de schadehersteller worden bestudeerd teneinde kwalitatief hoogwaardige reparaties onder optimale omstandigheden te kunnen realiseren .

1 - DE WERKZAAMHEDEN IN DE KOPPEN WORDEN OP DE VOLGENDE WIJZE BESCHREVEN

1 - 1 - BIJKOMENDE BEWERKING(EN)

Alle werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd als aanvulling op de eigenlijke bewerking .

1 - 2 - IDENTIFICATIE VAN HET VERVANGINGSONDERDEEL

Alle onderdelen die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van de eigenlijke bewerking .

1 - 3 - SAMENSTELLING

Identificatie van de samenstelling van alle te bestellen componenten .

1 - 4 - BIJ DE METHODE BENODIGD(E) ONDERDEEL (ONDERDELEN)

Identificatie van de onderdelen voor het uitvoeren van de eigenlijke bewerking na het doorsnijden of demonteren van bepaalde delen .

1 - 5 - NIEUWE ONDERDELEN GEREEDMAKEN

Gereedmaken van de pasranden vóór het lassen .

Beschrijving van het boren of van het afsnijden van onderdelen bij een gedeeltelijke vervanging .

1 - 6 - LOSMAKEN

Uit te voeren bij de beschadigde onderdelen overeenkomstig de aangegeven lijnen .

1 - 7 - RANDEN AFWERKEN

Herstellen, richten en gladschuren van de pasranden .

Aanbrengen van geleidende grondverf op de pasranden (zowel op de carrosserie als op de nieuwe onderdelen) .

1 - 8 - PASMAKEN

Onderdelen, die nodig zijn voor het pasmaken, op hun plaats brengen .

Controle .

Bijwerken .

1 - 9 - LASSEN

Lassen volgens de aangegeven lijnen met behulp van de betreffende uitrusting .

1 - 10 - AFWERKEN

Aanbrengen van tin op de oppervlakken die moeten worden afgewerkt .

1 - 11 - AFDICHTING

Aanbrengen van kit overeenkomstig de aangegeven lijnen .

1 - 12 - BESCHERMING

Aanbrengen van een antisteenslaglaag op de aangegeven plaatsen .

Sproeien van vloeibare was in de holle ruimten .

1 - 13 - SCHUIMVULLING

Injecteren van PUR-schuim in de aangegeven plaatsen .

VOORSCHRIFT : alle werkzaamheden beëindigd: controleer de werking van de elektrische uitrusting, controleer de vergrendeling van de beweegbare delen, reinig de auto en verwijder alle achtergebleven resten .

2 - LASSEN

Alle nieuw geproduceerde modellen zijn voorzien van het nieuwe, dikkere plaatwerk, waarvan minimaal 95 % tweezijdig gegalvaniseerd is, met een anti-corrosiegarantie van 12 jaar .

Dit heeft bepaalde spanningen tot gevolg bij montage en weerstandslassen, te weten :

DE GEPRODUCEERDE MODELLEN ZIJN VOORZIEN VAN LASVERBINDINGEN DIE ZIJN VERVAARDIGD VOLGENS HET LASPROCÉDÉ MIG .

3 - OPFRISSEN VAN DE KENNIS OVER LASSEN

3 - 1 - SPANNINGSVERMINDERINGEN

Om spanningsverminderingen met als gevolg een slechte hechting van de puntlas te voorkomen mogen nooit overbelaste circuits, kabels met een te kleine doorsnede en aansluitingen die zich te dicht bij de beveiliging bevinden worden gebruikt .

Een apparaat met een te geringe voeding, zelfs een zeer krachtig apparaat, heeft een onvoldoende laskwaliteit tot gevolg .

Voor een correcte voeding van de lastransformatoren moet absoluut een circuit met kabels van 6 mm2 of 10 mm2 worden gebruikt, als de kabels langer zijn dan 50 m .

In stand houden van het circuit ; Controleer en zet vast alle stekkers, aansluitingen en aftakkingen .

3 - 2 - PRINCIPE VAN HET WEERSTANDSLASSEN

Dit bestaat uit het verkrijgen van een smeltkern met een diameter die afhankelijk is van de dikte van het plaatwerk .

Bij het elektrisch weerstandslassen wordt gebruik gemaakt van de hitte die vrijkomt bij het overgaan van een hoge stroom in het materiaal; hierbij moet een druk op de te lassen onderdelen worden uitgeoefend .


A = Smeltkern .

B = Bovenste elektrode .

C = Onderste elektrode .

D = Te lassen delen .

LET OP : het éénzijdig lassen is onbetrouwbaar en mag niet worden toegepast bij carrosseriereparaties .

3 - 3 - DIAMETER VAN DE ELEKTRODEN

De keuze van de elektrodediameter varieert afhankelijk van de dikte van het te gebruiken plaatwerk (Diameter = Dikte X 2 +3 mm) .

3 - 4 - AFSTELLING VAN DE ELEKTRODENHOUDER

Kies de elektrodehouders zodanig dat de tang kan worden gebruikt met zo kort mogelijke elektroden .

Bij een verkeerde afstelling is er het risico van het vervormen of doorbranden van het plaatwerk en een slechte hechting van de puntlas .

De elektroden moeten :


E =In orde .

F =Verkeerd .

3 - 5 - KWALITEIT VAN DE PUNTLAS


Diameter A =Diameter van de kern .

Voer vóór het lassen proeflassen uit op stukken identiek plaatwerk en in dezelfde lasvolgorde .

Controleer de kwaliteit van de laspunten om de voor een goed lasresultaat benodigde stroomsterkte en druk te bepalen (een te geringe stroomsterkte of druk heeft een hechtlas i.p.v. een puntlas tot gevolg) .

Bij het lostrekken (m.b.v. een tang) blijft de kern op één van de plaatwerkdelen achter (de dikste) en zorgt voor een gat in het andere plaatwerkdeel .

Een puntlas is verkeerd als :

De losgetrokken puntlassen (kernen) moeten een diameter van 4 mm hebben bij referentieplaatwerk dunner dan 1.5 mm en een diameter van 6 mm bij referentieplaatwerk vanaf 1.5 mm .

De diameter wordt gemeten aan de voet van de kern na het lostrekken en bepaald aan de hand van de dikte van het referentieplaatwerk .

referentieplaatwerk (voorbeelden )
assemblage referentieplaatwerk vereiste diameter van de kern
bij 2 te lassen plaatwerkdelen 1.8 + 0.7 0.7 mm 4 mm
bij 3 te lassen plaatwerkdelen 0.7 + 0.2 + 1.0 1.0 mm 4 mm
bij 3 te lassen plaatwerkdelen 0.8 + 1.5 + 1.5 1.5 mm 6 mm
bij 3 te lassen plaatwerkdelen 1.8 + 1.0 + 1.2 1.2 mm 4 mm
bij 3 te lassen plaatwerkdelen 1.8 + 0.8 + 1.5 1.5 mm 6 mm

3 - 6 - KWALITEIT VAN DE PUNTLAS

De volgende factoren bepalen de kwaliteit van de puntlassen :

Visuele controle van de puntlas .

Hierbij wordt gecontroleerd of de punten :

3 - 7 - LASSEN ; MIG-LASSEN

De soldeerdraad smelt onder invloed van de hitte van de elektrische boog tussen een elektrode en het plaatwerk .

Voor de bescherming wordt een inert gas gebruikt dat niet aan de fusie deelneemt .

De soldeerdraad en het basismetaal zijn verschillend ; het betreft een heterogene verbinding waarbij de soldeer smelt en aan de ondergrond hecht, die niet smelt .

Er treedt geen dilutie tussen de twee materialen op en ook geen metallurgische verandering .

Gelaste metalen : zacht staal .

Gebruikte soldeer : draad op basis van koper, koperaluminium, kopertin, of kopersilicium bij 3 Diameter 0.8 1 en 1.2 .

N.B. : deze wagen is ontwikkeld voor toepassing van het mig kopersolderen ; als een verbinding met dit procédé is gelast, is het beslist verboden om een andere methode te gebruiken .

3 - 8 - BESCHERMING

LET OP : om toekomstige problemen na het repareren of vervangen van een plaatwerkdeel te voorkomen, moeten de verschillende oppervlakken goed worden beschermd; hierbij moeten dezelfde eigenschappen als bij de oorspronkelijke bescherming worden verkregen, voor een optimale kwaliteit en bescherming tegen corrosie .

VOORSCHRIFT : gebruik daarom een goedgekeurde doorlasbare grondverf tussen de te lassen plaatwerkdelen .

3 - 9 - VEILIGHEID

Neem de veiligheids- en brandpreventievoorschriften in acht .

Het lassen van gegalvaniseerde plaatwerkdelen moet in een geventileerde ruimte worden uitgevoerd .

Gebruik de betreffende persoonlijke veiligheidsvoorzieningen .

4 - ANTICORROSIE

VOORSCHRIFT : in verband met de anti-corrosiegarantie van 12 jaar moeten de volgende voorschriften worden aangehouden .

4 - 1 - BEHANDELING VAN HET OPPERVLAK

LET OP : de bewerking begint na de reparatie van het kale plaatwerk .

Goed schuren van de gelaste delen (zijpaneel, plaatranden, ...) .

Ontvetten met een oplosmiddel van de te behandelen oppervlakken om ze geschikt te maken voor het elektrisch verzinken .

Voer het elektrisch verzinken uit; een laag van µ is vereist; dit komt overeen met de behandeling in de fabriek .

Spoel de behandelde oppervlakken met water .

Licht opschuren met een schuurspons .

Schoonvegen ; Drogen .

LET OP : de behandelde oppervlakken mogen niet met de blote hand worden aangeraakt .

4 - 2 - AANBRENGEN VAN DE GRONDLAGEN (OPPERVLAK MET VERVORMINGEN)

Aanbrengen van speciale zinkhoudende polyesterkit .

Schuurpapier .

Indien nodig ; Afwerkkit .

Schuurpapier .

Aanbrengen van een primer op het met kit behandelde oppervlak .

Aanbrengen van een tweecomponenten grondverf op het gerepareerde gedeelte .

Drogen gedurende 30 minuten bij 60 ° C .

Laten afkoelen .

Schuurpapier ; Schoonvegen .

HerinneringGebruik een goedgekeurd apparaat voor het verzinken DALIC .

4 - 3 - AANBRENGEN VAN DE GRONDLAGEN (OPPERVLAK ZONDER VERVORMINGEN )

Aanbrengen van een primer op het verzinkte gedeelte .

Aanbrengen van een tweecomponenten grondverf op het gerepareerde gedeelte .

Drogen gedurende 30 minuten bij 60 ° C .

Laten afkoelen .

Schuurpapier ; Schoonvegen .

HerinneringGebruik een goedgekeurd apparaat voor het verzinken DALIC .

4 - 4 - AFDICHTING

Breng kit aan (bijv.: verbinding spatscherm/portier) .

Anti-steenslaglaag aan de onderzijde van de carrosserie .

Drogen .

4 - 5 - SCHUIMVULLING

Injecteren van PUR-schuim in de aangegeven plaatsen .

4 - 6 - LAK

Voer de gebruikelijke werkzaamheden voor het spuiten uit .

Drogen gedurende 30 minuten bij 60 ° C .

Laat de wagen afkoelen en spuit was in de holle ruimten; let er hierbij op dat de gedeelten die bij het lassen aangetast zijn gelijkmatig met was worden bedekt .